Het waarnemen van signalen van huiselijk geweld én een gesprek over signalen is iets wat vaak tussen de regels door gevoerd wordt. Zie je dat een kind geen oogcontact maakt? Dan vraag je direct hoe het met een kind gaat. Zie je dat iemand zichzelf minder verzorgd? Dan vraag je er vaak al naar. Hierdoor ben je als professional vaak al onbewust aan het signaleren.
Wanneer er echter meerdere signalen komen waar je de vinger niet op weet te leggen of je bent de meldcode aan het volgen omdat de zorgen dusdanig zijn dat je een melding overweegt, dan zal je een concreet gesprek moeten voeren om de signalen expliciet als signaal van onveiligheid met je cliënten te bespreken. Dat geeft de signalering een grotere lading.
Er kan veel misgaan in dit gesprek over signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. En de angst daarvoor werkt verlammend. Of door de twijfel die je ervaart is het lastig een gesprek met impact te kunnen voeren. Wanneer je weet welke valkuilen je tegen kan komen in een gesprek over signalen dan kan je voorkomen dat je er in stapt en met meer vertrouwen het gesprek aangaan.
Hieronder lees je over drie veelvoorkomende valkuilen. En tips hoe daarmee om te gaan.
Wanneer je een gesprek aangaat over signalen die je hebt waargenomen dan loop je al snel de kans deze valkuil te komen. Je gaat om de hete brei heendraaien omdat het ingewikkeld is terug te geven wat je daadwerkelijk hebt gezien. En bent misschien wel bezig om de daadwerkelijke signalen te verzachten of verkleinen omdat je zorg hebt dat je boodschap te hard over komt en je het lijntje met de cliënt kwijt raakt.
Gevolg is dat er veel onzekerheid in het gesprek ontstaat zowel bij de cliënt als bij jou!
Een goed begin is het halve werk. Zorg dat je van te voren de signalen op een rij hebt gezet en dat je deze concreet geformuleerd hebt. Ga aan het begin van het gesprek in op de concrete signalen die je waargenomen hebt en vraag daarna de cliënt om een reactie. Wacht vooral niet te lang met het naar voren brengen van de signalen. Want dan wordt het nog lastiger om het ‘beestje bij de naam’ te noemen.